Nu online; Het bestek van de Starnmeermolens (in modern Nederlands).
In 1637 had Jan Adriaanszoon Leeghwater al een ruime hoeveelheid ervaring op het gebied van droogmakerijen en molenbouw. Hij was onder andere betrokken bij de droogmaking van de Beemster, Purmer, Heerhugowaard en de Wormer.
Het Starnmeer, welke naast de Beemster en de Schermer het derde grote meer was dat tegen het Schermereiland aanlag, was op dat moment nog steeds gewoon een meer. Ondanks of misschien juist dankzij zijn toch wat kleinere formaat dan zijn grotere tegenhangers.
In 1632 wilde De Rijp, het geboortedorp van Leeghwater, daar verandering in brengen en verwierf het octrooi voor de droogmaking. Dat dit uiteindelijk een langslepend gebeuren zou worden is een ander verhaal, maar bekend is dat Leeghwater kort betrokken is geweest door het plan van de droogmaking te ontwerpen.
Zo heeft hij de specificaties opgesteld voor de bouw van de Starnmeermolens en deze zijn in dit document te lezen. Vrij stevige kost, want het is een relaas van houtsoorten en -dikten, in duimen en voeten, maar evengoed interessant.
Net als vorige keer zijn hier weer de vertalingen leesbaar in een grove (en zeker niet foutloze) oudhollandse variant, alsook in een prettiger moderne variant.
0 reacties