- Inleiding
- I STUKKEN VAN ALGEMENE AARD (001 – 026)
- II STUKKEN BETREFFENDE BIJZONDERE ONDERWERPEN (027 –
- II.A BESTUURSINRICHTING (027 – 033)
- II.B BESTUURSFUNCTIES (034 – 061)
- II.C HULMIDDELEN VOOR DE UITVOERING VAN DE TAAK (062 – 234)
- II.C.1 PERSONEEL (062 – 092)
- II.C.2 HUISVESTING (093 – 108)
- II.C.3 ARCHIEF (109 – 113)
- II.C.4 FINANCIËN (120 – 234)
- II.D UITVOERING VAN DE TAAK (235 –
- II.D.1 BEDIJKING EN VERKAVELING (235 – 300)
- II.D.2 RECHTSPRAAK (301 – 311)
- II.D.3 TOEZICHT (312 – 373)
- II.D.4 BEHEER EN ONDERHOUD WATERSTAATSWERKEN (374 –
Inleiding
De Starnmeer en de Kamerhop – kortweg de Starnmeer 1) – is een van de vele droogmakerijen van het land boven het Ij die in het begin van de 17e eeuw zijn drooggelegd. Het meer grensde ten Noorden aan het Schermereiland (de huidige Eilandspolder), ten Oosten aan de Beemster en de tegenwoordige polder Wormer, Jisp en Neck, ten Zuiden en ten Westen aan de Wouden en de Krommeniër Woudpolder.
De plannen voor de drooglegging van dit meer zijn van de hand van Leechwater, waarvan enkele ons in de originali zijn overgeleverd, zoals de ontwerpen voor de ringsloten en -dijken, de berekeningen daarvoor en een bestek voor de molens die het meer moesten droogmalen.2)
Hoewel er voor het octrooi van bedijking meerdere gegadigden waren is dit uiteindelijk op naam van de regenten van de Rijp gesteld. Waarschijnlijk omdat hun beweegredenen tot de bedijking van de Starnmeer het vinden van middelen tot vergroting en onderhoud van kerk, predikant pastorie en armen- bij de Staten van Holland het meest gehoor vonden.
Verkregen de regenten van de Rijp het octrooi in 1632, tien jaar later kon men pas beginnen met droogmalen. 3) Niet alleen waren er in deze periode vele moeilijkheden met de stad Alkmaar en het Hoogheemraadschap van de Uitwaterende Sluizen van Kennemerland en Westfriesland, ook het karakter van de onderneming veranderde ten gevolge van deze geschillen. Immers, de eisen die vooral Alkmaar stelde ten aanzien van de Waterstaatswerken in verband met de bedijking van de Schermeer waarin zij voor een zeer groot deel participeerde, waren zo hoog, dat de regenten het in 1638 niet meer konden bolwerken en af moesten haken. Gelukkig hebben toen de steden Hoorn, Enkhuizen, Purmerend en enkele financieel draagkrachtige kooplieden uit Amsterdam aandeelhouders in de toekomstige gronden van de Starnmeer- de onderneming, waarvan al zoveel ten koste was gelegd, voortgezet. Het oorspronkelijke doel werd echter niet bereikt en ook de zo hooggespannen verwachtingen ten aanzien van de kwaliteit van de grond en het profijt ervan deden de hele onderneming op een bittere teleurstelling uitdraaien.
Het bestuur werd aanvankelijk gevormd door een dijkgraaf, zes heemraden en hoofdingelanden. Dijkgraaf en heemraden vormden het dagelijks bestuur. Hoewel zij sinds 1633 reeds als zodanig optraden, was er in het bedijkings-octrooi over hun bevoegdheid niets geregeld. Hierdoor ontstonden er moeilijkheden met de overige regenten van de Rijp die hen hun rechtsbevoegdheid in waterstaatszaken betwistten. Zij richten zich daarom tot de Staten van Holland, die in 1639 niet alleen deze zaak, maar ook de verkiezing van de dijkgraaf bij aanvulling op het octrooi regelden. 5)
En hiermee waren zij een zelfstandige college geworden, onafhankelijk van de vroedschap van de Rijp. In de loop der tijd zijn de aantallen van heemraden en hoofdingelanden nogal eens veranderd. De laatste keer, in 1864, bracht het Bijzonder Reglement voor de Starnmeer en Kamerhop het aantal heemraden op twee, dat van de hoofdingelanden op acht, waaronder twee heemraden. De heemraden werden gekozen voor zes jaar, de hoofdingelanden voor vier. Degene die ophield hoofdingeland te zijn, moest tevens als heemraad afstand doen van zijn functie. Trad de heemraad als hoofdingeland af en werd hij herkozen, dan bleef heemraad totdat hij als zodanig moest aftreden. Stemgerechtigd was men als men één bunder land bezat. 7) In 1876 meenden de ingelanden van het Kamerhop zich te moeten afscheiden van de rest van de Starnmeer tengevolge van de hoge polderlasten, veroorzaakt door de stichting van een stoomgemaal in de Starnmeer waar het Kamerhop niets aan had. De berekeningen wezen echter uit dat in geval van afscheiding de polderlasten nog veel hoger zouden worden en men zag hier dus vanaf. 8) De Starnmeer en Kamerhop zijn per 1 januari 1977 opgeheven in het kader van “Lange Rond”, een van de acht grote waterschappen waarin men deze provincie tenslotte wil verdelen. Wat de ambtenaren betreft, beschikte het college in de beginjaren over een secretaris en een penningmeester. Toen deze eerste penningmeester, Pieter Menten, ontslagen werd wegens financiële malversaties, werd deze taak aan de secretaris opgedragen. Sinds die tijd is er tot de opheffing van het waterschap in 1977 altijd een secretaris-penningmeester geweest. Deze penningmeester legde elk jaar, op de rekendag, verantwoording af voor zijn financieel beleid aan het voltallige bestuur. Vervolgens werd de omslag vastgesteld en werden er zonodig verkiezingen gehouden. Deze en andere vergaderingen werden op het stadhuis in de Rijp gehouden daar het college geen eigen vergaderplaats had. Hier hield de penningmeester ook zitdagen, want blijkens een resolutie moest men de omslag op eigen kosten in de Rijp komen betalen. 9) Omstreeks 1782 kwam het college bijeen in de Starnmeer, in het huis van zekere weduwe Nooy, die na het overlijden van haar man het veer Laanweg-Oosterbuurt pachtte. Wegens bouwvalligheid van het huis kochten dijkgraaf en heemraden dit in 1785 om het af te breken en er een nieuw neer te zetten. 10)
Sinds 1976 vergaderde het college hier definitief. Het huis- het Heerenhuis genaamd- werd aan de weduwe en haar nakomelingen verpacht in combinatie met het bovengenoemde veer. Naast deze secretaris-penningmeester, in 1649 aangesteld op verzoek van de ingelanden om beter toezicht op de molenaars te kunnen houden. Naderhand, in 1699, kregen ze er de taak van hooischatter en steker bij. De taak van het college bestond in het onderhoud van en toezicht op de waterstaatswerken om en in de Starnmeer, waaronder het onderhoud van de ringsloten. De ringsloten maakten deel uit van de Schermerboezem en waren als zodanig onderworpen aan het toezicht van dijkgraaf en hoogheemraden van Uitwaterende Sluizen van Kennemerland en Westfriesland, waartoe dit college een maal per jaar schouw voerde. Dijkgraaf en heemraden van de Starnmeer werden geacht mee te gaan op deze inspectietocht. Na afloop hiervan werd er dan met de heren van het hoogheemraadschap in de Starnmeer zeer copieus gegeten, zoals ons een instructie voor die schouw maaltijd toont. 10)
De Zuidelijke Eilandsdijk – de Noordelijkste Noorderringdijk-, volgens contract van 1638 eveneens in onderhoud bij de Starnmeer, was onderworpen aan de schouw van schout en schepenen van Graft, de Rijp en ZuidSchermer, zoals ook de Oostelijke dijk van het Kamerhop die dat van oudsher al geweest was. Binnen de ringdijken bestond een groot deel van de zorg in het onderhoud van de zeven watermolens, die successievelijk alle verdwenen zijn, de laatste Twee rond 1922 tengevolge van de stichting van een electrisch gemaal. 12) Naast hun rechtelijke taak in de dijkzaken bezat het college sinds 1658 ook voluntaire jurisdictie die zij tot 1811 hebben uitgeoefend. Ook werden zij belast met het heffen van oorlogslasten en landsbelastingen en bezaten zij de verpachting van het jacht-, vis- en veerrecht. Het octrooi voor dit laatste recht, daterend van 1645, gold voor drie veren, nl. een veer op Oost-Knollendam, een van het Kamerhop op de Beemster en een veer van de Starnmeer op het Kamerhop. Ook de veren verdwenen, de een na de ander. Het laatste veer, dat van de Starnmeer op het Kamerhop, omstreeks 1969 door een ongeluk tot zinken en is sindsdien niet meer in de vaart gebracht. 13) Militaire betekenis heeft de Starnmeer gehad als onderdeel van de stelling Amsterdam, aangelegd in de zeventiger en tachtiger jaren van de vorige eeuw. In de tweede wereldoorlog is de polder twee keer geïnundeerd geweest, in 1940 en 1944. 14)
Lotgevallen van het archief
Lotgevallen van het archief Vermoedelijk heeft het archief totdat het college een eigen huis had, bij de secretarispenningmeester berust. Een resolutie om de secretaris-penningmeester iets extra’s te geven voor zijn goede zorgen voor o.a. het archief tijdens een brand wijst in die richting: “Item isde penningmeester op zijn versoeck bij request toegestaan 10 dukatons van de Starnmeer te moge geniete over de vygelantheyt van de zalveringh der Starnmeergelden en boecken uyt dien brant die naest zynent yut de gortery is ontstaan, dat ick zelven aengesien heb, over zuickx met waerheyt onbekommert magh zegge voorgevallen in ’t jaer 1674”. 15)
Vervolgens heeft men in 1688 besloten een inventaris te maken, maar deze is helaas niet overgeleverd. 16) Mogelijk is het grootste deel van het archief naderhand in het Herenhuis bewaard en het lopend gedeelte bij de secretaris thuis. In elk geval werd een dergelijke toestand in 1931 daar aangetroffen. 17) In de jaren 1931-1932 is het archief evenals veel andere polderarchieven op het Rijksarchief in Haarlem door van Es geinventariseerd. 18) In verband met de oorlogse handelingen heeft men in 1941 een archiefkluis in het Herenhuis laten maken. 19)
Zoals veel oude archieven bestond ook dit archief uit enerzijds verschillende series en anderzijds een aantal zaaksgewijs geordende stukken en losse stukken. Een oude orde was niet te ontdekken. De ordening waarin het archief werd aangetroffen was aangebracht door G. van Es commies op het Rijksarchief in Noord-Holland. Hoewel hij eigenlijk alleen maar een inventarislijst maakte, zijn zijn verdiensten voor dit archief en de vele andere die hij onderhanden nam van onschatbare waarde. Op deze manier nl. werd veel bewaard wat anders misschien verloren zou zijn gegaan. De series van algemene aard, resoluties, notulen en – behoudens enkele uitzonderingen- de gezegelde acten met de reperoires daarop heb ik ondergebracht in de z.g. generalia-afdeling van het archief. De zaaksgewijze geordende en losse stukken zijn met de series betreffende bijzondere onderwerpen, zoals rekeningen, kohieren etc. bepaald door taken en inrichting van bestuur, in de specialiaafdeling geordend. Daar er, zoals reeds gezegd, geen oude orde bestond, heb ik van de ingekomen en minuten van uitgaande stukken ook zoveel mogelijk dossiers gevormd. Op deze manier is de toch nog aanmerkelijke hoeveelheid van deze stukken die overbleef eenigszins te overzien. De aankopen van land en attestaties van het onbezwaard zijn van dat land ten behoeve van de dijkage, waarvan met series had gemaakt, zijn omwille van de overzichtelijkheid regionaal geordend. Aanbestedingen van werken die na de bedijkingsperiode zijn uitgevoerd, maar een uitvloeisel zijn van overeenkomsten, gesloten in verband met de bedijking heb ik onder het hoofdstuk bedijking geplaatst. Het archief is openbaar, met uitzondering van enkele stukken waarvoor een openbaarheidsbeperking van 75 jaar geldt.
Noten
Noten 1). In deze inventaris is het begrip “Starnmeer” gebruikt voor beide polderdelen, Starnmeer en Kamerhop. Waar dat niet zo is, blijkt dat duidelijk uit de beschrijving van de stukken. De Starnmeer en Kamerhop zijn waterstaatskundig gescheiden door het graven van de Noorderringsloot in 1638. Bestuurlijk vormden zij wel een geheel. Voor de allervroegste geschiedenis van de droogmakerij zie mijn inventaris archief van de Rijp, nr.9.
2). Inventaris archief Starnmeer en Kamerhop, nr. 260-265-279.
3). Inventaris archief Starnmeer en Kamerhop, nr. 1,fol. 60.
4). Zie bijlage nummer, I-II-III-V en VI.
5). Inventaris archief Starnmeer en Kamerhop, nr. 214-219,221-225.
6). Zie bijlage Blad, 1864, nr. 32.
7). Provinciaal Blad, 1864, nr. 32 12
8). Inventaris archief Starnmeer en Kamerhop, nr. 34
9). Idem nr. 1, fol. 73.
10). Idem nr. 93.
11). Idem nr. 318.
12). Idem nr. 451.
13). Idem nr. 495 en 496.
14). Idem nr. 376 en 368.
15). Idem nr. 1, fol. 142.
16). Idem nr. 164.
17). Idem nr. 109
18). Idem nr. 111.
19). Idem nr. 113.
I STUKKEN VAN ALGEMENE AARD (001 – 026)
I.A RESOLUTIES EN NOTULEN (001 – 012)
Resoluties en notulen van de verenigde vergaderingen, dijkgraaf en heemraden en hoofdingelanden. 1636-1976.
001 – 1636 – apr.
002 – jun 1752 – 1811
003 – 1812 – mei
004 – jun 1828-1856
005 – 1857 -nov 1869
006 – dec. 1869 -nov 1869
007 – dec 1887 – 1909
008 – 1910 – nov 1924
009 – dec 1924 – feb 1940
010 – mrt 1940 – okt 1946
011 – okt 1946 – jun 1957
012 – sep 1957 – mei 1976
I.B INGEKOMEN EN MINUTEN VAN UITGAANDE STUKKEN (013 – 021)
Ingekomen en minuten en uitgaande stukken. 1683-1971.
013 – 1683-1915
014 – 1916-1971
Register van ingekomen en uitgaande stukken. 1807-1934.
015 – 1823
016 – sep 1885
017 – jul 1909
018 – aug 1917
019 – mrt 1921 – mei 1927
020 – jul 1931 – aug 1934
Register van uitgaande stukken.
021 – nov 1916-apr 1923.
I.C OVERIGE STUKKEN VAN ALGEMENE AARD (022 – 026)
022 – “Contractboeck”. Register van acten van overeenkomsten tussen de Starnmeer en Kamerhop enerzijds en diversen personen en instellingen anderzijds. 1632-1912.
023 – Register van acten van overeenkomst tussen de Starnmeer en Kamerhop enerzijds en diverse personen en instellingen anderzijds. 1640-1720, z.d. (ca. 19e eeuw).
024 – Stukken betreffende de ordonnatie op de gezegelde acten met repertoires daarop. 1805-1806-1810-1816.
025 – Acten van verhuur, verpachting, uitgifte in erfpacht, verkoop, aanbesteding en benoeming. 1816-1883.
026 – Repertoires op de acten van verhuur, verpachting, uitgifte in erfpacht, verkoop, aanbesteding en benoeming. 1816-1869.
II STUKKEN BETREFFENDE BIJZONDERE ONDERWERPEN (027 –
II.A BESTUURSINRICHTING (027 – 033)
II.A.1 OCTROOI (027 – 030)
027 – Request van Pompeius de Rovere, heer van Hardinxveld, aan het Hof van Holland tot dagvaarding (request om mandement) van de regenten van de Rijp wegens een tussen hen ontstaan geschil inzake de verlening van het octrooi voor de bedijking van de Starnmeer. 1631 met deurwaarderexploit. Gelijktijdig authentiek afschrift.
028 – Proces-verbaal van overeenkomsten tussen de regenten van de Rijp enerzijds en Pompeius de Rovers en de baljuw van der Nieuwstadt over de hoeveelheid land die die van Graft en de voornoemde baljuw met zijn medestanders in de Starnmeer zullen mogen bezitten als compensatie voor het niet verkrijgen van het octrooi van bedijking van de Starnmeer. z.d. (c.a.1634). Authentiek afschrift, 1634.
029 – Brief van Aris Dircksen, heemraad, aan Jacob van der Nieuwstadt betreffende het geschil tussen laatstgenoemde en dijkgraaf en heemraden over het aandeel van Jacob van der Nieuwstadt in de grond van de Starnmeer als compensatie voor het niet verkrijgen van het octrooi van bedijking van de Starnmeer. 1638.
030 – Octrooi van bedijking voor de Starnmeer, 1632, met aanvulling daarop, 1639 en kavelcondities, 1643. eenvoudige en authentieke afschriften. 1679, z.d. (c.a. 18e eeuw), 1850.
II.A.2 ALGEMEEN POLDERREGLEMENT (031)
031 – Algemeen polderreglement, concept, 1849 alsmede wijzigingen van het reglement van 1854 met stukken daarop betrekking hebbende. 1949, 1962
II.A.3 BIJZONDER REGLEMENT (032)
032 – Bijzonder reglement met wijzigingen en stukken betreffende die wijzigingen. 1863-1907, 1932-1933.
II.A.4 AFSCHEIDING STARNMEER EN KAMERHOP (033)
033 – Stukken betreffende de overwogen en afscheiding van het kamerhop van de Starnmeer. 1876.
.
II.B BESTUURSFUNCTIES (034 – 061)
034 – Missiven van de Gecommitteerde Raden van Westfriesland en het Noorderkwartier betreffende het doen van opgaven van de verschillende ambten in de polder met hun salarissen en emolumenten. 1749. gedrukt.
035 – Stukken betreffende het doen van de eed op het erfstadhouderschap door dijkgraaf, heemraden, penningmeester en poldermeesters. 1788
036 – Missive van de landdrost van het departement van Amstelland aan dijkgraaf en heemraden inzake het afleggen van de eed aan de keizer door het bestuur. 1795, 1801
037 – Roosters van aftreding van het bestuur en stukken betrekking hebbende op die roosters van aftreding. 1905, 1908, 1923, 1937, 1939-1942.
038 – Stukken betreffende de regeling voor de vergoeding van reis- en verblijfskosten van de leden van het dagelijks bestuur. 1941
II.B.1 VERKIEZINGEN (039 – 045)
039 – Stukken betreffende de verandering in de verkiezingsprocedure voor het bestuur. 1795, 1801
040 – Stembiljetten ter verkiezing van drie hoofdingelanden en een heemraad. 1807
041 – Besluit van koning Lodewijk Napoleon inzake de wijze van stemmen in marken, communiteiten en andere gemeenschappelijke administraties van landen en gronden, met een missive van de landdrost van het departement Amstelland daarover. 1810. gedrukt
042 – Missive van de Staatsraad-Gouverneur van Noord-Holland houdende verzoek om opgave door welke personen het bestuur voor 1795 werd benoemd, met een antwoord daarop. 1819
043 – Lijst van stemgerechtigde ingelanden. z.d. (c.a. 1e helft 19e eeuw), 1910-1936, 1938-1940, 1953, 1960, 1963-1964, 1967, 1969-1970.
044 – Processen-verbaal van gehouden stemming ter verkiezing van heemraden en hoofdingelanden.1910-1933, 1941, 1952-1953, 1955-1957, 1961-1975
045 – Besluit van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland inzake het aantal ondertekenaars van de opgave der candidaten bij te houden verkiezingen. 1934
II.B.2 DIJKGRAAF (046 – 051)
046 – Extract uit het octrooi van de Starnmeer van 1632, gemaakt in verband met de benoeming van een nieuwe dijkgraaf. 1743 authentiek uittreksel.
047 – Stukken betreffende benoeming tot dijkgraaf. 1779-1881, 1916, 1919, 1928, 1935-1936, 1945-1967.
048 – Request van Jacob Pieterzoon Groot aan Hare Majesteit de Koningin om eervol ontslag als dijkgraaf, met een concept. 1916.
049 – Stukken betreffende het ontslag van W. Schermerhorn, K.v.d. Meer en C.J. Koster als dijkgraaf. 1940, 1945, 1967.
050 – Besluiten van de verenigde vergadering tot vaststelling van de wedde van de dijkgraaf. 1971, 1975
051 – Besluiten van Gedeputeerde Staten inzake de goedkeuring van de besluiten van de verenigde vergadering tot verhoging van de wedden van dijkgraaf en heemraden en de presentatie-gelden van de hoofdingelanden. 1972, 1975.
II.B.3 HEEMRADEN (052 – 054)
052 – Verklaring heemraad. 1941
053 – Stukken betreffende het afscheid van C. Poppen als heemraad en hoofdingeland. 1953
054 – Besluiten van de verenigde vergadering tot vaststelling van de wedde van de heemraden. 1971, 1975.
II.B.4 HOOFDINGELANDEN (055 – 059)
055 –Stukken betreffende ontslag als hoofdingeland. 1885, 1905, 1916, 1940.
056 – Brief van V. Otjes aan dijkgraaf en heemraden houdende aanneming van zijn benoeming tot hoofdingeland. 1930
057 – Verklaring hoofdingelanden. 1941
058 – Brief van dijkgraaf en heemraden aan de commissaris der koningin houdende mededeling van de keuze van C. Booy tot hoofdingeland. 1942
059 – Besluiten van de verenigde vergadering tot vaststelling van de presentatie -gelden van de hoofdingelanden. 1971, 1975.
II.B.5 VERTEGENWOORDIGING IN OVERKOEPELENDE WATERSCHAPPEN (060 – 061)
060 – Stukken betreffende de vertegenwoordiging van de Starnmeer in het hoogheemraadschap van de Uitwaterende Sluizen van Kennemerland en Westfriesland. 1885, 1909-1921, 1927, 1939, 1942, 1952, 1962.
061 – Stukken betreffende de vertegenwoordiging van de Starnmeer in het hoogheemraadschap Noord-Hollands Noorderkwartier. 1927, 1952.
II.C HULMIDDELEN VOOR DE UITVOERING VAN DE TAAK (062 – 234)
II.C.1 PERSONEEL (062 – 092)
II.C.1.1 SOCIALE VOORZIENINGEN, RECHTEN, BEZOLDIGING (062 – 067)
062 – Stukken betreffende het pensioen van het personeel. 1918-1940, 1955, 1966, 1970-1972.
063 – Stukken betreffende de sociale verzekering van het personeel. 1919-1937, 1942, 1943
064 – Stukken betreffende de arbeidsinspectie inzake de werkomstandigheden in de gemalen en het aantal werkuren van het personeel. 1928, 1934, 1936.
065 – Stukken betreffende het nieuwe ambtenarenreglement met wijzigingen. 1931-1932, 1939
066 – Stukken betreffende het toekennen van subsidies door het Rijk in de kosten van de centrale werkverschaffing. 1939-1040
067 – Besluiten van de verenigde vergadering inzake de bezoldiging van het personeel. 1941, z.d. (c.a. 1959), 1956-1966, 1972.
II.C.1.2 SECRETARIS PENNINGMEESTER (068 – 076)
068 – Acte van borgtocht door J.C. Bek ten behoeve van J.W. Bek als secretaris-penningmeester. 1809.
069 – Missive van de Staatsraad-Couveneur van Noord-Holland aan dijkgraaf en heemraden houdende vragen over het dan niet aanwezig zijn van een secrataris en/of penningmeester en door wie deze voor 1795 benoemd werd, met antwoord daarop. 1819. gedrukt.
070 – Stukken betreffende ontslagen als secretaris-penningmeester. 1870, 1920, 1942.
071 – Extract uit de notulen van de verenigde vergadering betreffende de verhoging van de borgstelling voor de secretaris-penningmeester. 1885.
072 – Instructie voor de secretaris-penningmeester. 1885, met eenvoudig afschrift, z.d. (c.a. 1885).
073 – Stukken betreffende benoeming tot secretaris-penningmeester. 1885, 1914, 1943.
074 – Brief van M. de Lange aan dijkgraaf en heemraden inzake de aflossing van een lening, groot 2.300,-, gesloten in verband met het financieel wanbeheer van de overleden secretarispenningmeester. 1886.
075 – Besluit van de verenigde vergadering tot verhoging van de jaarwedde van de secretaris-penningmeester. 1921.
076 – Stukken betreffende de verzekering tegen een financieel wanbeheer van de secretaris-penningmeester. 1934, 1939, 1943.
II.C.1.3 MOLENAAR, MACHINIST EN STOKER (077 – 086)
077 – Instructie voor de molenaar. z.d. (c.a. 2e helft 18e eeuw), 1785. enkele exemplaren gedrukt.
078 – Stukken betreffende het geschil tussen dijkgraaf en heemraden enerzijds en regenten van Graft anderzijds inzake het onderhoud van de molenaars-weduwe van Maarten Dubbeld. 1789-1790.
079 – Brieven van D. Hildering en Dr. A.H. Mooy van der Kolff aan de dijkgraaf en heemraden houdende verzoek tot aanstelling van een stoker ter ontlasting van de taak van de machinist. 1869, 1919.
080 – Brief van D. Hildering aan dijkgraaf en heemraden houdende aanneming van zijn benoeming tot machinist. z.d. (c.a. 1885)
081 – Brieven van J. Ris, molenaar H. Cos en D. Hildering, machinisten aan dijkgraaf en heemraden houdende verzoek tot verhoging van hun salaris. 1885, 1902-1920.
082 – Brieven van J. Ris en D. Hildering aan dijkgraaf en heemraden houdende verzoek tot verlening van eervol ontslag als machinist. 1923, 1926.
083 – Stukken betreffende een geschil tussen Bond van Smeden-Patroons in Nederland enerzijds en dijkgraaf en heemraden anderzijds wegens het onrechtmatig leveren van smeedswerk aan derden door de machinist van de Starnmeer. 1925-1926.
084 – Instructie voor de machinist. 1927, 1933, 1945.
085 – Brieven van G. Schoon en K. Zwaan aan dijkgraaf en heemraden houdende verzoek tot verlening van hun dienstverband als machinisten van de Starnmeer en het Kamerhop. 1928-1929.
086 – Stukken betreffende de loonsverlaging van de machinist C. Schoon en de wegwerker J. Ooms. 1932, 1936.
II.C.1.4 OPZICHTER EN TIMMERMAN (087 – 088)
087 – Brieven van de opzichter C. Keuken aan dijkgraaf en heemraden houdende bezwaar tegen de verlaging van zijn salaris. 1886-1888.
088 – Acte van overeenkomst tussen de kapitein der Genie, 1 omslag eerstaanwezend ingenieur te Amsterdam, C. Matern enerzijds en C. Leegwater, timmerman van de Starnmeer anderzijds betreffende afstand van schadevergoeding voor het te bouwen huis van laatstgenoemde op het terrein van de Staat, met een verklaring van het polderbestuur daarover. 1935.
II.C.1.5 BRUGWACHTER, VEERMAN EN WEGWERKER (089 – 092)
089 – Stukken betreffende de regeling van het salaris en pensioen van de brugwachter P. Boom aan het Spijkerboor in verband met het maken van een nieuwe pont en het afschaffen van de vlotbrug aldaar, 1829-1830.
090 – Stukken betreffende klachten over de veerman bij het Spijkerboor. 1831, 1911.
091 – Brieven van de opzichter C. Keuken aan dijkgraaf en heemraden betreffende zijn ontslag en pensioen. 1909, 1910.
092 – Brieven van J. Ooms wegwerker, aan dijkgraaf en heemraden houdende verzoek tot verhoging van zijn salaris. 1918-1920.
II.C.2 HUISVESTING (093 – 108)
093 – Acte van koop door dijkgraaf en heemraden van Lysbeth Pieters Koopman c.s. van een huis met een schuur, staande op de N.O. hoek van de Starnmeer bij het Spijkerboor. 1785.
094 – Proces-verbaal van openbare verkoping door dijkgraaf en heemraden van hun huis, staande op N.O. hoek van de Starnmeer bij het Spijkerboor ten behoeve van afbraak. 1787.
095 – Acte van openbare aanbesteding door dijkgraaf en heemraden van het maken van een nieuw jacht- of rechthuis ( het Herenhuis ) op de N.O. hoek van de Starnmeer bij het Spijkerboor. 1787.
096 – Bestek van voorwaarden voor het maken van een regenbak bij het Herenhuis, staande op de N.O. hoek van de Starnmeer. 1789.
097 – Acte van verhuring door dijkgraaf en heemraden aan Barend Nooy van een huis en erf, zijnde het Herenhuis. 1810.
098 – Bestek en voorwaarden voor het maken van een nieuw stal of wagen huis bij het Herenhuis aan het Spijkerboor. 1834.
099 – Acten van openbare verpachting door dijkgraaf en heemraden van het Herenhuis en het pontveer voor 3 jaar. 1911-1929, 1943-1946, 1954,1965.
100 – Stukken betreffende verzoeken tot het mogen huren van de vergaderkamer in het Herenhuis. 1916-1963.
101 – Stukken betreffende de restauratie van het Herenhuis. 1927-1930.
102 – Stukken betreffende de brandverzekering van het Herenhuis en de schuur te Spijkerboor en de sluiswachterswoning te Marken-Binnen. 1936.
103 – Stukken betreffende de reparaties aan het Herenhuis. 1952, 1954, 1962, 1965-1968, 1972-1973, 1975-1976.
104 – Stukken betreffende de verzoeken van dijkgraaf en heemraden om luchtfoto’s van het Herenhuis. 1954-1955.
105 – Stukken betreffende het op de monumentenlijst plaatsen van het Herenhuis. 1965, 1966.
106 – Stukken betreffende het beëindigen van de overeenkomst tussen dijkgraaf en heemraden enerzijds en de heer A. Kleef anderzijds inzake de huur van het Herenhuis en het pontveer. 1967.
107 – Stukken betreffende een vergunning ingevolge de Drank- en Horecawet voor het café Het Herenhuis te Spijkerboor. 1970.
108 – Stukken betreffende de installatie van een centrale verwarming in het Herenhuis. 1972.
II.C.3 ARCHIEF (109 – 113)
109 – Stukken betreffende de inspectie van het archief. 1915, 1930-1931-1937.
110 – Stukken betreffende de inventaris van het oud-archief. 1931-1932.
111 – Inventaris van het oud-archief. 1931.
112 – Stukken betreffende het brandvrij opbergen van de archieven van de Starnmeer en Kamerhop, Marker- en Oostwouderpolder en de polder het Woud. 1938, 1941.
113 – Rekening van het maken van een kluis in het Herenhuis voor het archief. 1941.
II.C.4 FINANCIËN (120 – 234)
II.C.4.1 OMSLAG EN GADERING (120 – 138)
120 – Acten van transport en stukken betreffende transporten door verschillende eigenaars van landerijen gelegen in de Starnmeer ingekomen ten behoeve van het opmaken van de legger. 1630-1650, 1810, 1859, 1864-1970.
121 – Acten van hermeting van de Starnmeer en Kamerhop. 1644-1645. Eenvoudige afschriften, z.d. ( c.a. 2e helft 17e eeuw ). 1 omslag
122-125 – Kohieren van omslag en verponding. 1653-1970.
122 – 1653 , 1684-1685 , 1711-1725 . 1653
123 – 1726-1775 . 1726-1775
124 – 1776-1805 . 1776-1805
125 – 1806-1808 . 1831 , 1854-1857 , 1859-1867 , 18691876 , 1885-1886 , 1901 , 1912 , 1915-1937 , 19401941 , 1943 , 1957 , 1960-1962 , 1964-1967 , 1969-1970.
126-129 – Leggers. z.d. ( c.a. eind 17e eeuw ) -1971.
126 – z.d. ( c.a. 17e eeuw )
127 – 1806-1878
128 – 1865-1938
129 – 1939-1971
130 – Dwangbevelen van betaling wegens achterstallige omslag voor Pieter Auwelsz. Prins, met boderelasen. 1689-1690.
131 – Brieven van dijkgraaf en heemraden aan de voogden der Gemene Armen te Wormer houdende aanmaning tot betaling van de omslag, ordinaris en extra-ordinaris verponding op straffe van na een bepaalde datum het dubbele te moeten betalen. 1714, met een gelijktijdig authentiek afschrift, twee brieven. 1 stuk
132 – Lijst van kavels in de Starnmeer. z.d. ( begin 19e eeuw ).
133 – Stukken betreffende de terugbetaling van teveel betaalde omslag door het Rijk over percelen grond in de Starnmeer, kadastraal bekend gemeente Jisp, sectie A, nrs. 9 en 84. 1838, 1858.
134 – Stukken betreffende het heffen van de dijk-, polder-, en verdere binnenlasten op grondslag van de kadastrale metingen. 1840.
135 – Stukken betreffende het bijhouden en vernieuwen van de legger. 1937- 1939.
136 – Stukken betreffende het geschil tussen de Starnmeer en de Eilandspolder inzake te betalen omslag door laatst genoemde. 1939-1940.
137 – Kadastrale legger van de landen in eigendom bij de Starnmeer gelegen buiten de grenzen van het waterschap. 1939-1968.
138 – Stukken betreffende de kosteloze raadpleging van kadastrale bescheiden. 1965.
II.C.4.2 LENINGEN (139 – 142)
139 – Extract uit de resoluties van de verenigde vergadering inzake het converteren van een geldlening. 1655.
140 – Acte van schuldbekentenis door dijkgraaf en heemraden aan Maerten Cornelisz. , inzake een lening groot 1.500.-. 1659.
141 – Stukken betreffende het aangaan van kasgeldleningen en rekeningen courant. 1936-1975.
142 – Stukken betreffende conversieleningen. 1937, 1938.
II.C.4.3 W.A. VERZEKERING (143)
143 – Stukken betreffende de verzekering van de polder tegen wettelijke aansprakelijkheid. 1954-1955, 1966.
II.C.4.4 EIGENDOMMEN (144 – 185)
II.C.4.4.1 Aan- en verkoop (144 – 160)
II.C.4.4.1.1 Land
144 – Acte van openbare verkoop door dijkgraaf en heemraden van het grasgewas op de Ringdijk. 1666.
145 – Acten van verkoop door dijkgraaf en heemraden van K. de Haan en C. Otjes van enige percelen land. 1841, 1926.
146 – Brief van het polderbestuur van de banne Graft aan dijkgraaf en heemraden houdende verzoek tot het mogen kopen van een stukje grond, kadastraal bekend gemeente Graft, Sectie D, nr. 270. 1849.
147 – Stukken betreffende de verkoop van grond gelegen bij MarkenBinnen aan de Starnmeerdijk door dijkgraaf en heemraden aan de Staat der Nederlanden ten behoeve van de aanleg van defensiewerken. 1901-1905.
148 – Stukken betreffende de verkoop door dijkgraaf en heemraden aan de Furness Kolen Mij. van percelen land en water, kadastraal bekend gemeente Akersloot, sectie D, nrs. 137, 348, 439 en 440, in verband met vervening door deze Mij.. 1918-1919.
149 – Stukken betreffende de koop door dijkgraaf en heemraden van de exveenderij Furness Kolen Mij. van een stuk grond liggende in het Noordelijk deel van de Westwouderpolder. 1923-1924.
150 – Stukken betreffende het overdragen in eigendom door dijkgraaf en heemraden aan de provincie Noord-Holland van enige percelen land en water in verband met de door de provincie uit te voeren verbetering van de vaarweg de Zaan-Noord-Holland kanaal door het Alkmaardermeer. 1931, 1934.
151 – Stukken betreffende de verkoop door dijkgraaf en heemraden aan J. Groot en J. Helder van het molenerf, kadastraal bekend gemeente Graft, sectie E, nr. 46 1937.
152 – Stukken betreffende de overdracht door de Staat der Nederlanden aan dijkgraaf en heemraden van militaire objecten en terreinen, kadastraal bekend gemeente Jisp, sectie A, nr. 128 en gemeente Wormer, Sectie A, nrs. 596 en 598. 1958-1963.
153 – Stukken betreffende de overdracht in beheer en onderhoud om niet door dijkgraaf en heemraden aan het hoogheemraadschap van de Uitwaterende Sluizen van het perceel Starnmeerringsloot, kadastraal bekend gemeente Wormer, sectie A, nr. 835. 1965.
II.C.4.4.1.2 Huizen
154 – Acte van transport ten overstaan van dijkgraaf en heemraden door Griete Kornelis C.S. aan de Starnmeer van het huis genaamd ” De Goetheyt”. 1672.
155 – Proces-verbaan van openbare verkoping door dijkgraaf en heemraden van het huis genaamd “De Goetheyt”, staande op de Z.W. hoek van de Starnmeer ten behoeve van afbraak. 1681.
156 – Acte van verkoop ten overstaan van schout en schepenen van Uitgeest door juffrouw Christina Guldewagen c.s. aan dijkgraaf en heemraden van een huis met een erf gelegen ten Noorden en ten Zuiden van de Marker schutsluis aan de Starnmeerdijk. 1687. authentiek afschrift, 1688.
II.C.4.4.1.3 Tienden
157 – Acte van koop ten overstaan van de notarissen de Heer en de Lange door dijkgraaf en heemraden van Jonkheer Carel du Tour c.s. van tienden van de Starnmeer. 1819. Gelijktijdig authentiek afschrift.
II.C.4.4.1.4 Effecten
158 – Stukken betreffend de belegging van overtollig kasgeld. 1809, 1902-1915, 1938, 1941, 1942.
159 – Stukken betreffende het kopen van aandelen voor de aanleg van een Noord-Hollands-Friese spoorweg. 1872.
160 – Stukken betreffende de omwisseling van aandelen van de Maatschappij voor Gemeente Crediet tegen obligaties van genoemde maatschappij. 1939
II.C.4.4.2 Verhuur en verpachting (161 – 185)
II.C.4.4.2.1 Algemeen
161 – Staat van huren der landerijen, verpondingen en dijklasten in de Starnmeer en het Kamerhop, z.d. (c.a. 2e helft 17e eeuw).
II.C.4.4.2.2 Riet- en grasgewas en weidegrond
162 – Acte van verpachting door dijkgraaf, heemraden en poldermeesters van de Kogerpolder aan dijkgraaf en heemraden van de Starnmeer van de dijk en rietschoot aan de Westkant van de Kogerpolder. 1774.
163 – “Verhuringboek van de Starnmeer en Kamerhop”. Register van acten van verpachting van het grasgewas op de dijken van de Starnmeer en Kamerhop. 1823-1907.
164 – Register van acten van verpachting van het riet- en grasgewas van dijken en lange binnenwegen en uitgiften in erfpacht. 1907-1941.
165 – Acten van verpachting door dijkgraaf en heemraden van percelen weidegrond. 1910-1921, 1937, 1948, 1957.
166 – Acten van openbare verpachting door dijkgraaf en heemraden van het riet- en grasgewas van dijken en langs binnenwegen. 1914-1942, 1945, 1947, 1953, 1960.
167 – Brieven aan dijkgraaf en heemraden houdende verzoek tot het mogen pachten van erven en tuinen. 1915-1942, 1976.
168 – Stukken betreffende de verpachting van een perceel grond aan de rij-vereniging “Sterneo”. 1969, 1973.
169 – Stukken betreffende de onttrekking van gedeelte Laanweg aan het openbaar verkeer in verband met de verpachting van het grasgewas. 1970.
II.C.4.4.2.3 Molens
170 – Acten van verhuring door dijkgraaf en heemraden van de bovenwatermolen, en concepten. 1915, 1918.
171 – Brief van C. Schoon aan dijkgraaf en heemraden houdende verzoek tot het mogen huren van de bovenmolen. 1917.
II.C.4.4.2.4 Vis-, veer- en jachtrecht
172 – Acten van verpachting door de Rekenkamer en de Gecommitteerde Raden van Westfriesland en het Noorderkwartier aan dijkgraaf en heemraden van de visvangst in de ringsloten van de Starnmeer. 1643-1787.
173 – Acten van verpachting door de Rekenkamer en de Gecommitteerde Raden van Westfriesland en het Noorderkwartier aan dijkgraaf en heemraden van de veren over de ringsloten. 1653-1806.
174 – Acten van openbare verpachting door dijkgraaf en heemraden dijkwegen en het viswater. 1775-1831, 1945.
175 – Missiven van het bestuur der Domeinen aan dijkgraaf en heemraden betreffende het visrecht uitgeoefend door de weduwe C. Kat in de Starnmeer. 1859.
176 – Acten van verpachting door dijkgraaf en heemraden vna het jachtrecht in de Starnmeer en stukken daarop betrekking hebbende. 1946, 1949, 1951, 1970.
II.C.4.4.2.5 Tienden
177 – Acten van openbare verpachting door dijkgraaf en heemraden van de plat en rondzaadtienden in de Starnmeer en Kamerhop. 1729-1733.
178 – Rekening van Cornelis Bek, secretaris, wegens de verpachting van de koren- en vlastienden. 1731-1733.
II.C.4.4.2.6 Uitgifte in erfpacht
179 – Acten van uitgifte in erfpacht door dijkgraaf en heemraden van percelen dijk. 1646, 1868, 1900, 1911, 1924, 1925, 1930, 1959-1961.
180 – Bekendmaking van het bestuur der Domeinen betreffende de mogelijkheid tot afkoop van eeuwigdurende erfpachten, renten, uitgangen, cijnzen, tijnzen, legschatten en andere prestatiën. 1843. gedrukt.
181 – Besluiten van de verenigde vergadering tot het verlengen van erfpachten van percelen gelegen in de gemeente Akersloot en Jisp, met stukken daarop betrekking hebbend. 1960-1961.
182 – Stukken betreffende verzoeken aan dijkgraaf en heemraden om uitgifte in erfpacht van verschillende percelen grond en om verlenging van erfpachten. 1915-1946, 1968, 1976.
183 – Acten van uitgifte in erfpacht aan het P.E.N. van percelen grond met stukken daarop betrekking hebbende. 1956-1961.
II.C.4.4.2.7 Recht van opstal en vestiging van erfdienstbaarheid.
184 – Stukken betreffende de verlening van het recht van opstal door dijkgraaf en heemraden aan de heer P. Peek op het perceel grond, kadastraal bekend gemeente Graft, sectie E nr. 150. 1974-1975.
185 – Stukken betreffende het vestigen van erfdienstbaarheid door dijkgraaf en heemraden ten behoeve van de provincie NoordHolland op een gedeelte van het perceel grond, kadastraal bekend gemeente Graft, sectie E, nr. 139. 1975-1976.
II.C.4.5 BEGROTINGEN (186)
186 – Begroting. 1827-1828, 1866-1876, 1915-1939, 1943-1944, 1961.
II.C.4.6 REKENINGEN (187 – 201)
187 – 195 – Rekeningen. 1653-1967.
187 – 1653-1654 , 1662-1663 , 1665 , 1668-1672 , 1674 , 1676-1719
188 – 1720-1773
189 – 1774-1805
190 – 1806-1813
191 – 1811-1824
192 – 1825-1848
193 – 1849-1882
194 – 1913-1938
195 – 1943-1949 , 1951-1967
196-198 – Register van ordonnanties van betalingen. 1728-1805
196 – 1728-1742
197 – 1743-1753
198 – 1754-1805
199 – Rekening in duplo. 1736-1750, 1818, 1843-1845
200 – Correspondentie over de rekening. 1791-1901, 1825, 1866-1957, 1967
201 – “Rekeningboek”. Register van rekeningen. 1883-1946.
II.C.4.7 BIJLAGEN TOT DE REKENINGEN (202 – 213)
202 – 213 – Bijlagen tot de rekeningen. 1661-1817, 1864
202 – 1661 , 1673 , 1690 , 1718
203 – 1719-1723
204 – 1724-1728
205 – 1729-1735
206 – 1736-1743
207 – 1744-1725
208 – 1753-1764
209 – 1765-1777
210 – 1778-1789
211 – 1791-1792 , 1794-1796 , 1798-1800
212 – 1801-1808
213 – 1809-1810 , 1815-1817 , 1864
II.C.4.8 LANDSBELASTINGEN (214 – 233)
II.C.4.8.1 Vrijdom en vermindering van de verponding in verband met de bedijking. (214 – 219)
214 – Stukken betreffende de aanvraag om verlening van het octrooi van 1632 inzake vrijdom of vermindering van de jaarlijker grafelijkheidsrecognitie 1646-1662.
215 – Octrooi van de Staten van Holland en Westfriesland voor de Starnmeer tot vermindering van de Grafelijkheidsrecognitie en vrijdom van de ordinaris en extra-ordinaris verponding. 1650, 1753, 1768, 1779.
216 – Octrooi van de Staten van Holland en Westfriesland voor de Starnmeer tot vrijdom van de gravelijkheidsrecognitie van vier stuivers per morgen voor de tijd van twaalf jaren. 1668
217 – Request van dijkgraaf en heemraden aan de Gecommitteerde Raden van Westfriesland en het Noorderkwartier om vrijdom of vermindering van de gewone verponding te genieten tot 1680, zoals overeengekomen was, met een positief appointement daarop. 1676. Authentiek afschrift, 1677.
218 – Request van dijkgraaf en heemraden aan de Staten van Holland en Westfriesland om verlenging van het octrooi van 1650 inzake vrijdom of vermindering van de verponding. z.d. (c.a. 2e helft 17e eeuw), concept. 1695.
219 – Stukken betreffende het verzoek van dijkgraaf en heemraden om verlenging van het octrooi van 1753 voor 15 jaar inzake vrijdom van de ordinaris en de extra-ordinaris verponding en de grafelijkheidsrecognitiën. 1768.
II.C.4.8.2 Heffing van de ordinaris en extra-ordinaris verponding. Zie ook: nr. 215. (220 – 225)
220 – Rekening van Jacob Opdam wegens het collecteren van de halve verponding. 1666-1691.
221 – 225 – Stukken betreffende de invordering van de ordinaris en de extraordinaris verpondingen op de huizen en landerijen. 1692-1811, met jaarlijkse requesten om vrijstelling van deze verponding, 1753-1811. de meeste gedrukt.
221 – 1692 -mrt 1733
222 – jun 1733-1755
223 – 1756-1772
224 – 1773 -apr 1793
225 – dec 1793-1811
II.C.4.8.3 Overige belastingen (226 – 233)
226 – Stukken betreffende de invordering van de 20e, 40e en 50e penning op de collaterale successies, verkopingen, vestigingen en hypotheken, beëindiging en ingefundeerde processen. 1683-1790
227 – Missiven van de Gecommitteerde Raden van Westfriesland en het Noorderkwartier aan dijkgraaf en heemraden betreffende het opgave van geabbandonneerde landerijen in verband met de verponding. 1745
228 – Missiven van de Gecommitteerde Raden van Westfriesland en het Noorderkwartier aan dijkgraaf en heemraden houdende mededeling dat voortaan de belastingen gecollecteerd zullen worden in plaats van verpacht. 1748-1749. Gedrukt.
229 – Rekeningen van Cornelis Bek, Penningmeester, wegens het innen van de 40e penning bij verkoop van onroerend goed en het aangaan van een hypotheek. 1779-1791, 1794-1796, 1801-1804
230 – Aantekening van de vergadering van het bestuur van januari 1790 over de vordering van de 80e penning van die van Graft bij verkoop van huizen en landerijen gelegen in de Starnmeer. 1790.
231 – Stukken betreffende request van de burgemeester van Alkmaar en de gemeentebesturen der meeste dorpen van het z.g. Duinkavel, gelegen in het voormalige Noord-Holland, aan de koning om vrijstelling of vermindering van een jaarlijkse buitengewone belasting, geheven ter vergoeding van de kosten voor ’s lands schatkist gemaakt voor reparaties en verbetering van waterstaatswerken van de Zuiderpolder bij Edam. 1808. enkele gedrukt.
232 – Missiven van de landdrost van het departement van Amstelland aan dijkgraaf houdende verzoek tot opgave van het getal en de namen der vaartuigen en jachten in dit departement in verband met de vrijdom van belasting op deze vaartuigen en jachten. 1808-1809
233 – Stukken betreffende het doen van opgave van de dijklasten, sluis en molengelden en de kosten van de rivier- en boezemkerende werken over de jaren 1786-1803 in verband met de te heffen grondbelasting. 1819, 1824.
II.C.4.9 KOHIEREN (234)
234 – Kohieren van de verponding. 1805-1807
II.D UITVOERING VAN DE TAAK (235 –
II.D.1 BEDIJKING EN VERKAVELING (235 – 300)
II.D.1.1 AANKOOP VAN LAND (235 – 252)
II.D.1.1.1 Algemeen (235)
235 – “Het landt-boeck van de Starnmeer”. Register van ordonnanties van betaling inzake de aankoop van land ten behoeve van de dijkage. 1636-1655
II.D.1.1.2 In de banne van Wormer (236)
236 – Attestaties van de secretaris van Wormer betreffende het onbezwaard zijn van landerijen gelegen in de banne van Wormer, die gekocht zijn door de bedijkers van de Starnmeer ten behoeve van de dijkage. 1637-1638
II.D.1.1.3 In de banne van Jisp (237 – 238)
237 – Attestaties van secretaris van Jisp betreffende onbezwaard zijn van landerijen, gelegen in de banne van Jisp, die gekocht zijn door de bedijkers van de Starnmeer ten behoeve van de dijkage. 1637-1643
238 – Acten van koop door dijkgraaf en heemraden van de Starnmeer van land, gelegen in de banne van Jisp, ten behoeve van de dijkage. 1641, 1643, 1647
II.D.1.1.4 In de banne van Uitgeest en Akersloot (239 – 244)
239 – Stukken betreffende het geschil tussen dijkgraaf en heemraden enerzijds en de taxateurs van Knollendam anderzijds inzake het aantal taxateurs bij het meten van aangekochte landen tussen Knollendam en de Stierop ten behoeve van de dijkage. 1637
240 – Memorie van antwoord van de bedijkers op de eis van die Uitgeest inzake het binnen de ringdijk brengen van het oude land gelegen in de banne van Uitgeest. z.d. (c.a. 1637)
241 – Stukken betreffende de moeilijkheden tussen dijkgraaf en heemraden enerzijds en die van Marken en Akersloterwoude anderzijds inzake het binnen de ringdijk brengen van het oude land gelegen in die bannen. z.d. (c.a. 1640)
242 – Attestaties van de secretaris van Akersloot betreffende het onbezwaard zijn van landerijen gelegen in de banne van Akersloot, die gekocht zijn door de bedijkers van de Starnmeer ten behoeve van de dijkage. 1641, 1643
243 – Acten van koop door dijkgraaf en heemraden van land, gelegen in de banne van Akersloot, ten behoeve van de dijkage. 1641-1642
244 – Attestaties van de secretaris van Uitgeest betreffende het onbezwaard zijn van landerijen, gelegen in de banne van Uitgeest, die gekocht zijn door de bedijkers van de Starnmeer ten behoeve van de dijkage. 1641-1644
II.D.1.1.5 In de bannen van de Rijp en Graft (245 – 249)
245 – Acten van koop door de bedijkers van de Starnmeer van land, gelegen in de banne van de Rijp, ten behoeve van de dijkage. 1637, 1641, 1643, 1644
246 – Stukken betreffende de overeenkomst tussen die van de Oosterbuurt en de Laan enerzijds en dijkgraaf en heemraden anderzijds inzake het trekken van land van eerstgenoemden binnen de bedijking van de Starnmeer op zekere voorwaarden. 1638
247 – Acte van koop door de bedijkers van de Starnmeer van Willem Leenaersz. en Pieter Leenaersz. Pelt van een stuk land genaamd “De Oosterlooyen”, gelegen in de banne van Graft, ten behoeve van de dijkage. 1643
248 – Attestaties van de secretaris van Graft betreffende het onbezwaard zijn van landerijen, gelegen in de banne van Graft, die gekocht zijn door de bedijkers van de Starnmeer ten behoeve van de dijkage. 1643
249 – Acte van borgtocht door de Schepenen van Graft voor de bedijkers van de Starnmeer inzake de koop van een stuk land genaamd “De Costerij”, gelegen in de Oosterbuurt in de banne van Graft, van Jan Pietersz. ten behoeve van de dijkage. 1643
II.D.1.1.6 Niet nader genoemde plaatsen (250 – 252)
250 – Verklaring van Jan Gerbrantz. uit de Oosterbuurt ten overstaan van notaris Jonas Jansz. van Steengracht dat hij enkele stukken buitendijks land bezit in de Starnmeer die door de afslag van het water van de Starnmeer verkleind zijn, i.v.m. koop daarvan door dijkgraaf en heemraden. 1638
251 – Acten van meting van de eilandjes gelegen in de Starnmeer in verband met de aankoop van deze eilandjes door dijkgraaf en heemraden ten behoeve van de dijkage. 1642, 1646
252 – Request van Jan Jacobsz, Garn aan Gecommitteerde Raden van Westfriesland en het Noorderkwartier om van dijkgraaf en heemraden schadeloosstelling te verkrijgen voor zijn land dat zij binnen de bedijking hebben getrokken, iets wat nog steeds niet is gebeurd. 1646. Gelijktijdig authentiek afschrift.
II.D.1.2 UIT TE VOEREN WERKEN (253 – 297)
II.D.1.2.1 Algemeen (253 – 254)
253 – Stukken betreffende de overeenkomst van de bedijkers van de Starnmeer enerzijds en de burgemeester van Alkmaar anderzijds inzake het maken van waterstaatswerken in de Starnmeer. 1631, 1641-1642
254 – Register van ordonnanties van betaling betreffende uitgevoerde werken en aangekochte landerijen ten behoeve van de dijkage, 1636, 1640-1641 en van taxatiën van landerijen in verband met de betaling van de 20e penning voor de successierechten. 1671-1680
II.D.1.2.2 Ringdijken en ringsloten (255 – 278)
255 – Acte van overeenkomst tussen de bedijkers van de Starnmeer enerzijds en dijkgraaf en hoogheemraden van het hoogheemraadschap van de Uitwaterende Sluizen anderzijds betreffende het maken van de ringsloten en de contributie aan laatstgenoemd hoogheemraadschap. 1632. Eenvoudig afschrift, z.d.(c.a. 1632)
256 – Proces-verbaal van aanbesteding door dijkgraaf en heemraden van het maken van een ringsloot en ringdijk. 1635
257 – Bestek en voorwaarden van het maken van de Zuider-, Wester en Vosterringsloot en -dijk. 1636, 1640-1641
258 – Uitspraak van de Gecommitteerde Raden van West-friesland en het Noorderkwartier over de belangen van Jisp en Wormer met betrekking tot de uit te voeren werken in hun bannen. 1636
259 – Acte van overeenkomst tussen de bedijkers van de Starnmeer enerzijds en de burgemeesters van Jisp anderzijds inzake het maken en onderhouden van de ringdijk gelegen in de banne van Jisp. 1636
260 – Rekening en begroting wegens het leggen van de ringdijken en het maken van de ringsloten van Jan Adriaensz. Leechwater. 1636-1638
261 – Requesten van Jan Hyenrickx Olyslager en Cornelisz. Vet, beide wonende te Knollendam, aan de bedijkers van de Starnmeer om vergoeding van eventuele schade aan hun land bij het graven van de Zuiderringsloot, z.d. (c.a. 1636)
262 – Besluit van het college van Uitwaterende Sluizen om notaris Notghe, wonende te Alkmaar, dijkgraaf en heemraden van de Starnmeer aan te laten schrijven de bepalingen uit het contract met hem over de wijdte van de ringsloot in hun bedijkingsoctrooi te laten inserreren en het verder Zuidwaarts leggen van de Zuiderringsloot te staken en zich te houden aan het octrooi, met deurwaarders-relaas. 1637
263 – Requesten van de bewoners van Graftdijk (West-Graftdijk), de Oosterbuurt (Oost-Graftdijk) en de Laan aan de bedijkers van de Starnmeer om de richting van de Noorderringsloot in de banne van Graft en de Rijp te veranderen in verband met de wateroverlast voor hun huizen en erven. 1637
264 – Proces-verbaal van de uitwatering van de Schermeer, Starnmeer en de oude landen van het Noorderkwartier gemaakt ten behoeve van het college van Uitwaterende Sluizen. 1638, met een gelijktijdig eenvoudig afschrift.
265 – Acte van meting door Jan Adriaensz. Leechwater van de Zuidelijke Eilandsdijk voor het maken van de Noorderringsloot. 1638.
266 – Uitspraak van de Gecommitteerde Raden van Westfriesland en het Noorderkwartier in het geschil tussen de bedijkers van de Starnmeer enerzijds en de afgevaardigden van Graft, Alkmaar, Edam, Monnickendam en Purmerend anderzijds over het maken en onderhouden van de Noorderringdijk. 1638
267 – Stukken betreffende de moeilijkheden gerezen tussen die van Uitgeest en Akersloot enerzijds en de bedijkers van de Starnmeer anderzijds bij het maken van de Westerringsloot. 1639-1644
268 – Uitspraak van de Gecommitteerde Raden van Westfriesland en het Noorderkwartier in het geschil tussen de bedijkers van de Starnmeer en de Stad Alkmaar over het graven van de Westerringsloot om de bannen van Uitgeest en Akersloot. 1640. Gelijktijdig authentiek afschrift
269 – Acte van overeenkomst tussen de bedijkers van de Starnmeer enerzijds en de burgemeester van Wormer en de polder Mesten anderzijds inzake het onderhoud van het dijkje van de polder lopende tot aan de kavelsluis. 1640
270 – Acte van overeenkomst tussen hoofdingelanden, dijkgraaf en heemraden enerzijds en regenten van Graft, de Rijp en ZuidSchermer anderzijds betreffende het maken van dijken en andere waterstaatswerken in die bannen. 1641
271 – Processen-verbaal van openbare aanbesteding door dijkgraaf en heemraden van het aansluiten van de Eilandsdijk aan de plempdijk van het Kamerhop. 1641.1642
272 – Acte van overeenkomst tussen de afgevaardigden van Graft, de Rijp en Schermer enerzijds en de bedijkers van de Starnmeer anderzijds betreffende het maken van een inham in de Corpersloot in de Zuid. Eilandsdijk vissersschuiten van de vissers van de Laan en Barndehuizen in de banne van de Graft, met een positieve beschikking daarop van de Gecommitteerde Raden van Westfriesland en het Noorderkwartier. 1642.
273 – Acten van processen-verbaal van aanbesteding van het maken van het plempwerk aan de Noorderringdijk. 1642
274 – Acte van meting door Adriaen van Medemblick, Pieter Jans en Claes Vastersz. Stierp van land aangekocht ten behoeve van de verwijding van de ringsloten, zijnde de Schermerboezem. 1642.
275 – Aantekeningen van de Secretaris van zijn bemoeiingen met het werk voor de plempdijk van Knollendam tot het eind van Wouden. 1642-1643
276 – Acten van meting van de dijken van de Starnmeer door Jan Jansz. Backer en Claes Vastersz. Stierp ten behoeve van de dijkage. 1642-1643
277 – Uitspraak van de Gecommitteerde Raden van Westfriesland en het Noorderkwartier in het geschil tussen de regenten van Graft, de Rijp en Zuid-Schermer enerzijds en dijkgraaf en heemraden anderzijds inzake het maken van dijken en andere waterstaatswerken in die bannen volgens de overeenkomst van Gelijktijdig authentiek afschrift.
278 – Request van de inwoners van Graftdijk aan de Gecommitteerde Raden van Westfriesland en het Noorderkwartier om dijkgraaf en heemraden van de Starnmeer te dwingen de obstakels uit de toegangssloot tot hun landen te verwijderen, dat geplaatst in verband met het maken van de Zuidelijke Eilandsdijk. 1646. Gelijktijdig authentiek afschrift.
II.D.1.2.3 Molens (279 – 281)
279 – Acte van openbare aanbesteding door dijkgraaf en heemraden van het maken van een boven- en middelmolen volgens bestek van Jan Adriaensz. Leechwater van 1637. 1641
280 – Acte van openbare aanbesteding door hoofdingelanden, dijkgraaf en heemraden van vijzel voor de wipmolen met het wiel en binkelaar staande op Butteroord. 1642
281 – Acte van overeenkomst ten overstaan van notaris Bernstede tussen dijkgraaf en heemraden enerzijds en Symon Hulsbos en David van Baarle anderzijds betreffende het salaris voor het maken van de vijzelmolens in de Starnmeer. 1647. Authentiek afschrift, 1647
II.D.1.2.4 Sluizen (282 – 285)
282 – Acte van proces-verbaal van openbare aanbesteding door dijkgraaf en heemraden van het maken van een stenen sluis in de Akersloterwoude. 1641
283 – Aantekening van een meting gedaan door Pieter Vreericksz. uit Groet van het houtwerk voor de sluis bij Akersloterwoude, z.d. (1e helft 17e eeuw), van de te verrichten werkzaamheden aan deze sluis en van de aanbesteding van het afmaken van het werk van Carsten Eelkes aan de ringsloot bij Spijkerboor. 1641
284 – Acte van openbare aanbesteding door dijkgraaf en heemraden van het maken van eikenhouten sluisje in de Akersloterwoude aan de Westzijde. 1647
285 – Acte van openbare aanbesteding door dijkgraaf en heemraden van het maken van een eikenhouten sluisje tegenover Marken aan de Westzijde gelegen in de banne van Uitgeest. 1650
II.D.1.2.5 Kavel-, tocht- en bermsloten (286 – 289)
286 – Acte van openbare aanbesteding door dijkgraaf en heemraden van het verwijderen van de molenkolken en het maken van kolkdijken. 1637
287 – Acte van openbare aanbesteding door dijkgraaf, heemraden en hoofingelanden van het maken van de Middeltochten, molentochten in het Kamerhop. 1642, 1643
288 – Acten van meting en peiling door de landmeter Claes Vatersz. Stierp ten behoeve van het maken van kavel- en bermsloten. 1643.
289 – Processen-verbaal van aanbesteding door dijkgraaf en heemraden van enkele kavel- en bermsloten. 1643-1644, 1649
II.D.1.2.6 Schoeiwerk (290 – 297)
290 – Acte van openbare aanbesteding door dijkgraaf en heemraden van en bestek en voorwaarden voor het maken van het schoeiwerk van de Rapersluis. 1636
291 – Bestek en voorwaarden voor het maken van het Schoeiwerk bij het veer ten Noorden van Pieter Janses Keet. 1636.
292 – Acte van openbare aanbesteding door dijkgraaf en heemraden van het schoeiwerk aan het Spijkerboor. 1637
293 – Bestek en voorwaarden voor het maken van het schoeiwerk van het Markermeertje. 1639
294 – Bestek en voorwaarden voor het maken van het Knollendammer schoeiwerk. 1639
295 – Bestek en voorwaarden voor het maken van het schoeiwerk van de Stierp. 1639
296 – Bestek en voorwaarden voor het maken van het schoeiwerk van de Vuile Graft. 1639
297 – Bestek en voorwaarden voor het maken van het schoeiwerk voor de Oosterbuurt (Oost-Graftdijk). 1642
II.D.1.3 VERKAVELING (298 – 300)
298 – Kavelcondities van de Starnmeer, met een klad-exemplaar. 1643
299 – Kavelregisters. Staten houdende opgave van de kavels in de Starnmeer en hun eigenaars. 1643
300 – Kadastrale kaarten van de Starnmeer, behorende bij de kavelregisters. 1643
II.D.2 RECHTSPRAAK (301 – 311)
II.D.2.1 CONTENTIEUZE RECHTSPRAAK IN DIJKZAKEN (301 – 306)
301 – Boderelaas inzake de dagvaarding van Jacob Claas Dam wegens het spitten in de Starnmeerdijk. 1688. eenvoudig afschrift, z.d. (c.a.1688)
302 – Dagvaardingen van Jan Cornelisz. uit de Oosterbuurt wegens het wederrechtelijk vissen in het water van de Starnmeer, 1690; dagvaardingen van Harmen Pietersz. en Cornelis Jacobsz. Dam wegens het niet tijdig beginnen met het opmaken van een gedeelte sloot. 1690, 1700.
303 – Stukken betreffende de dagvaarding van verschillende personen wegens het wederrechtelijk vissen in het water van de Starnmeer. 1705, 1708
304 – Stukken betreffende het proces tegen Symon Jacobsz. wegens het niet tijdig beginnen met het vullen van op drie percelen gelegen uitgespitte kuilen in de binnenberm van de ringdijk. 1718
305 – Dagvaarding van Luytjen Pieters wegens het wederrechtelijk weiden van varkens op de Starnmeerdijk. 1720. eenvoudig afschrift, z.d. (c.a. 1720).
306 – Stukken betreffende het proces tegen Engel Klaasz. wegens het graven en slaan van palen in de Starnmeerdijk. 1722
II.D.2.2 VOLUNTAIRE RECHTSPRAAK (310 – 311)
6506 – 6508 – Registers van acten van transport en hypotheek
6506 – 1650 -okt 1749
6507 – nov 1749-1811
6508 – idem. (minuten), 1808-1811
310 – Octrooi van de Staten van Holland en Westfriesland voor de Starnmeer waarbij de onroerende goederen gelegen in de Starnmeer overgedragen mogen worden ten overstaan van de dijkgraaf en twee heemraden. 1558.
311 – Acte van openbare verpachting ten overstaan van Cornelis Bek, secretaris, door de heer Gilles Coymans van de plat- en rondzaadtienden in de Starnmeer. 1724-1727
II.D.3 TOEZICHT (312 – 373)
II.D.3.1 KEUR (312 – 316)
312 – Keurboek van de Starnmeer. 1640-1802
313 – Keuren met aanvulling, wijziging en verlenging en stukken daarop betrekking hebbende. 1640-1741, 1866-1967, 1972
314 – Keur op het Slechten van de binnenwegen 1744.
315 – Keur op het krozen van de kavelsloten en de molentochten en kolken, 1744, met afschriften van de bekendmaking van de aanbestedingen van krooswerk, 1740. 1744-1777 en van de kroosschuw, 1736. eenvoudig afschriften, z.d. (c.a. 2e helft 18e eeuw)
316 – Keur op het krozen van de kavelsloten en de molentochten en kolken, 1744, met afschriften van de bekendmaking van de aanbestedingen van krooswerk, 1740. 1744-1777 en van de kroosschuw, 1736. eenvoudig afschriften, z.d. (c.a. 2e helft 18e eeuw)
II.D.3.2 SCHOUW (317 – 373)
II.D.3.2.1 Door het college van het hoogheemraadschap der Uitwaterende Sluizen in Kennemerland en Westfriesland (317 – 318)
317 – Stukken betreffende de schouw over de ringsloten van de Starnmeer zijnde de Schermerboezem 1664-1881, 1920-1932
318 – 1664-1881, 1920-1932
II.D.3.2.2 Door schout en schepenen van Zuid-Schermer, Graft en de Rijp (319 – 320)
319 – Attestatie van schepenen, heemraden en waarslieden van ZuidSchermer deel uitmakende van het college belast met de schouw over de Zuidelijke Eilandsdijk- ten overstaan van notaris Meldorp, aan dijkgraaf en heemraden dat de tegenwoordige Zuidelijke Eilandsdijk van de Brande molen tot Vinckhuysen, gelegen in de bannen van Graft en de Rijp, slechts is en dat de volgens het contract door de bedijkers te maken nieuwe Zuidelijke Eilandsdijk- de Noordelijkste Noorderringdijk van de Starnmeer- aanmerkelijk beter moet zijn. 1638, met gelijktijdig authentiek afschrift.
320 – Verklaring van Cornelis Jacobsz., Pieter Claesz. Kocq en Jan Claesz. bewoners van de Oosterbuurt in de banne van Graft, gelegen aan de Zuidelijke Eilandsdijk- ten overstaan van notaris Meldorp, op verzoek van dijkgraaf en heemraden, dat de harde wind op de Starnmeer in de afgelopen winter een overstroming in de Oosterbuurt veroorzaakt heeft en dat de dijk dus slecht is. 1638
II.D.3.2.3 door dijkgraaf en heemraden in de Starnmeer (321 – 373)
II.D.3.2.3.1 Sloten
321 – Schouwcedulle van de tweede kroosschouw der sloten. 1782. Eenvoudig afschrift, z.d. (ca. 1782)
322 – Stukken betreffende het niet in orde zijn van de sloot van R. v.d. Laan. 1930, 1939, 1940, 1942
323 – Stukken betreffende het niet in orde zijn van de sloten langs de eigendommen van de Staat in de Starnmeer. 1936, 1937
II.D.3.2.3.2 Wegen
.324 – II.D.3.2.3.2 Wegen
325 – Processen-verbaal van de wegenschouw. 1936-1939, 1942
II.D.3.2.3.3 Vergunningen
II.D.3.2.3.3.1 Bouwen van huizen en opstallen
326 – Vergunningen en stukken betreffende vergunningen tot het bouwen van huizen en opstallen. 1644-1788, 1864-1968n
II.D.3.2.3.3.2 Maken van bruggen
II.D.3.2.3.3.2.1 aan particulieren
327 – Vergunningen en stukken betreffende vergunningen tot het maken van bruggen. 1868-1951, 1962, 1970, 1972
II.D.3.2.3.3.2.2 aan het P.E.N
328 – Stukken betreffende vergunningen aan het P.E.N. tot het maken van loopbruggetjes. 1962, 1975-1976
II.D.3.2.3.3.3 Maken van dammen, kluften (afritten) en parkeergelegenheden
329 – Vergunningen en stukken betreffende vergunningen tot het maken van dammen met en zonder duiker. 1723, 1843-1951, 1968-1971
330 – Vergunningen en stukken betreffende vergunningen tot het maken en bestraten van kluften en parkeergelegenheden aan de dijk. 1911-1946, 1968, 1974-1975
II.D.3.2.3.3.4 Leggen van buizen en zinkers
II.D.3.2.3.3.4.1 aan particulieren
331 – Vergunningen en stukken betreffende vergunningen tot het maken en bestraten van kluften en parkeergelegenheden aan de dijk. 1911-1946, 1968, 1974-1975
332 – Stukken betreffende de vergunning aan de Nederlandse Gasunie voor het leggen van een hoofdaardgasleiding Middelie-Beverwijk. 1971-1976.
II.D.3.2.3.3.4.2 aan het P.W.N.
333 – Vergunningen en stukken betreffende vergunningen aan het P.W.N. tot het leggen van buizen en zinkers. 1928-1967, 1972.
II.D.3.2.3.3.5 Leggen van kabels en plaatsen van palen
II.D.3.2.3.3.5.1 aan particulieren en het Hoogheemraadschap van Uitwaterende Sluizen
334 – Vergunningen en stukken betreffende vergunningen tot het leggen van kabels en plaatsen van palen. 1832, 1902-1956, 1970.
335 – Brieven aan dijkgraaf en heemraden houdende verzoek tot het mogen plaatsen en verplaatsen van lieren voor de dichtnet-visserij. 1928-1931, 1938, z.d. (c.a. 1e helft 20e eeuw)
336 – Stukken betreffende het verlenen van vergunning aan het Hoogheemraadschap van de Uitwaterende Sluizen tot het plaatsen van een schakelkast en een waterstandopnemer aan de Starnmeerdijk. 1976
II.D.3.2.3.3.5.2 aan het P.E.N
337 – Vergunningen en stukken betreffende vergunningen aan het P.E.N. tot het leggen van kabels. 1918-1961
338 – Vergunningen en stukken betreffende vergunningen aan het P.E.N. tot het plaatsen van palen. 1918-1961.
II.D.3.2.3.3.5.3 Aan de P.T.T.
339 – 340 Vergunningen en stukken betreffende vergunningen aan de P.T.T. tot het leggen van kabels. 1927-1976
339 – 1927-1942
340 – 1948-1970 , 1974-1976
341 – Vergunningen en stukken betreffende vergunningen aan de P.T.T. tot het plaatsen van palen. 1935-1957
II.D.3.2.3.3.6 Lozen van water en hebben van onderbemaling.
342 – Vergunningen en stukken betreffende vergunningen tot het mogen lozen van water op de Starnmeer. 1835, 1904-1960, 1970
343 – Vergunningen en stukken betreffende vergunningen tot het plaatsen van watermolentjes ten behoeve van onderbemaling. 1918-1919, 1954, 1957
344 – Stukken betreffende de kosten van de waterlozing uit de Oostwouderpolder op het water van de Starnmeer. 1958-1961
II.D.3.2.3.3.7 Maken van walstoepen en steigers en afschepen van goederen
345 – Vergunningen en stukken betreffende vergunningen tot het maken van walstoepen. 1681, 1903, 1913, 1969.
346 – Vergunning voor de schout van Wormerveer tot verhoging en verzwaring van de aanlegplaats van het pontveer aan de Starnmeerdijk en tot het vastleggen van een tros aldaar. 1822
347 – Vergunningen en stukken betreffende vergunningen tot het maken van steigers. 1881, 1923, 1934-1955
348 – Vergunningen en stukken betreffende vergunningen tot het afschepen van goederen. 1921, 1942-1943
II.D.3.2.3.3.8 Vissen
349 – Stuk houdende waarschuwing tegen het ongeoorloofd vissen in de wateren van de Starnmeer. 1669. gedrukt
350 – Vergunningen en stukken betreffende vergunningen tot het mogen vissen in de Starnmeerringsloten. 1928, 1937-1938, 1969
II.D.3.2.3.3.9 Overige vergunningen
351 – Acte van overeenkomst tussen dijkgraaf en heemraden enerzijds en Jan Cornelisz. anderzijds betreffende het laten staan van diens hekje op de binnenberm van de Starnmeerdijk bij diens huis. 1718.
352 – Vergunning aan de hoofdingelanden en poldermeesters van de Heesemerpolder (Kogerpolder) hun beesten te laten grazen op de Starnmeerdijk tot wederopzeggens toe. 1720.
353 – Extract uit het verbaal van het verhandelde bij de landdrost van het departement Amstelland houdende negatief appointement op het request van het gemeente bestuur van Akersloot tot het mogen rijden over de Lagendijk naar Busch en het leggen van een veer van de Schermeerdijk op de Kogerpolder om via de Starnmeer gemakkelijk naar de Zaan te kunnen komen. 1809. Gelijktijdig afschrift.
354 – Vergunningen en stukken betreffende vergunningen tot vervening. 1865. 1871-1874, 1941-1942
355 – Vergunningen en stukken betreffende vergunningen tot het aanleggen van paarden- en andere paden. 1905, 1923, 1944.
356 – Vergunningen en stukken betreffende vergunningen tot het baggeren in de Marker- en Knollendammervaart. 1906-1931, 1959-1960
357 – Stukken betreffende het verzoek van de IJsclub te Spijkerboor tot het aanleggen van ijsbanen. 1908.
358 – Missive van B. en W. van Wormer aan dijkgraaf en heemraden houdende mededeling van het verzoek van H. ten Wolde tot het plaatsen van een gasmotor in de broodfabriek staande in de gemeente Wormer. 1922
359 – Vergunningen en stukken betreffende vergunningen tot het dempen van sloten. 1928, 1970, 1974
360 – Stukken betreffende de vergunning ande Amoco Netherlands Petreoleum Co. tot het doen van exploratieboringen in verband met seismisch onderzoek. 1965, 1971-1974
II.D.3.2.3.4 Militaire werken
II.D.3.2.3.4.1 Fort
361 – Stukken betreffende de vergunning tot het maken van een toegang tot het fort bij Marken-Binnen. 1889
362 – Brief van de dijkgraaf aan het overige bestuur van de Starnmeer betreffende het lossen van zand aan de Starnmeerdijk benodigd voor de te maken batterijen bij het fort. 1905
363 – Stukken betreffende de vergunning tot het leggen van een oorlogstelefoonleiding door de commandant van de stelling Amsterdam. 1915
II.D.3.2.3.4.2 Inundatie-duikers en -sluizen
364 – Stukken betreffende de vergunning tot het maken, hebben en onderhouden van twee inlaatduikers in de ringdijk van de Starnmeer ten behoeve van de inundatiewerken aldaar. 1890.
365 – Stukken betreffende slopen van de militaire sluis in de ringdijk gelegen in de gemeente Jisp. 1964.
366 – Stukken betreffende het opruimen van de inundatiesluis in de dijk van het Kamerhop. 1969.
II.D.3.2.3.4.3 Inundatie
367 – Stukken betreffende de inundatie van de Starnmeer in het mei 1940
368 – Stukken betreffende de inundatie van de Starnmeer in mei 1944.
369 – Stukken betreffende het vernieuwen van een boerderij in het Kamerhop, eigendom van de Starnmee, door inundatieschade geheel vernield. 1946-1956.
II.D.3.2.3.4.4 Stoomvaartmaatschappijen.
370 – Stukken betreffende de bezwaren tegen de stoombootdienst Alkmaar Amsterdam over de Markervaart. 1842.
371 – Stukken betreffende de oprichting van een stoomsleepdienst op het Noord-Hollands kanaal. 1849-1858.
372 – Stukken betreffende de vergunning aan C. Bosman voor de vaart met de stoombootdienst Alkmaar Packet, door de Knollendammer vaart in verband met deze dienst op Amsterdam. 1866-1879.
373 – Stukken betreffende de klachten van dijkgraaf en heemraden wegens aanvaringen en beschadigingen van de oevers van de ringsloten van de Starnmeer door de Mij. ,Alkmaar Packet. 1904, 1913-1915, 1925, 1930.
II.D.4 BEHEER EN ONDERHOUD WATERSTAATSWERKEN (374 –
II.D.4.1 ALGEMEEN (374 – 383)
374 – Schouwcedullen van aanbestede werken in de Starnmeer. 1640-1656, 1796.
375 – Acten van meting van percelen land ten behoeve van het uitvoeren van waterstaatswerken. 1648-1680, met aantekeningen betreffende de lengten van de kavelsloten en de hoeveelheid afgegraven land in de Starnmeer en Kamerhop, z.d. (ca. 2e helft 17e eeuw).
376-378 – Registers van acten van aanbestedingen van waterstaatswerken en van verkoping. 1659-1781, 1823-1866.
376 – 1659 -apr 1714
377 – mei 1714-1718
378 – 1823-1866
379 – Aantekeningen van gedane schouwen, van te verrichten werkzaamheden, van verpachtingen en afschriften van acten van aanbesteding van krooswerk. 1780-1822.
380 – Aantekeningen van gedane schouwen, van te verrichten werkzaamheden van verpachtingen en afschriften van processenverbaal van aanbesteding. 1780-1788, 1829.
381 – Rapport van de dijkgraaf aan de verenigde vergadering over de toestand van de waterstaatswerken, concept. 1792.
382 – Proces-verbaal van openbare aanbesteding door dijkgraaf en heemraden van het timmerwerk aan de werken van de Starnmeer voor 3 jaar. 1827.
383 – Processen-verbaal van openbare aanbesteding door dijkgraaf en heemraden van de leverantie van hout, benodigd voor de werken in de Starnmeer. 1827, 1828, 1842.
0 reacties